Ontpit de aardappels en verwijder eventuele vieze plekken. Spoel daarna snel af onder koud water. De aardappels dienen niet geschild te worden, hier zitten namelijk de goede bacteriën op die we nodig hebben voor de fermentatie.
Reinig je (fermentatie)pot waar je het in wil doen eerst goed. Heb je geen speciale fermentatiepot? Geen probleem. Je kan het ook in een afsluitbare weckpot doen. Hoe schoner je werkt, hoe groter de kans op succes aan het eind van de rit.
Maak nu je zoutmengsel van 3% zout klaar. Los het zout goed op in het water.
Doe je aardappels in de schoongemaakte pot en giet het water eroverheen. Zorg dat alles goed onder staat en er ongeveer 2 cm ruimte tussen het water en de kop van de pot is. Zet weg op een plek buiten direct zonlicht. Controleer eens per dag en laat zonodig ‘boeren’.
Na 5 tot 7 dagen zijn je aardappelen klaar. Je kan zien dat de aardappels klaar zijn als het water troebel is geworden, je belletjes ziet ontstaan en er een funky geur van afkomt. Vertrouw je ogen en je neus hierin. Ruikt het verrot of zit er schimmel op? Neem dan geen risico en probeer het een ander keer opnieuw.
Giet de aardappels en dep droog in een schone theedoek.